“Waar komen plots al die honden vandaan?”
“Klopt het dat er plots meer grote honden aan het wandelen geslagen zijn?”
Dat zijn vragen die ik mij elke keer stel als wij de natuur intrekken. De honden lijken alsmaar in grotere getale te komen en ik vraag mij af of er veel mensen zijn die zich tijdens deze pandemie een hond kochten als gezelschap. Of zijn het vooral mensen met grote honden die moeite doen om op donkere dagen door drassige velden te trekken? En waar wij liefst stappen, door de velden met het mooiste zicht op onze mooie Vlaamse Ardennen, is het opletten om niet uit te glijden. Tijdens de “Geutelingenwandeling” die wij gisteren in Elst deden, laat je een schoothondje best thuis als je geen zin hebt om het te dragen. Een heel gedoe. Op avontuur met grote honden lijkt mij een nog groter gedoe. Maar er zijn liefhebbers voor, dat is duidelijk en het is hun gegund.
“En kan het ook zijn dat grote honden populairder zijn dan ooit? Vervangen zij misschien de grote auto’s die momenteel vaker op stal blijven?” Dat laatste is misschien een stoute vraag maar ze dwarrelt ook tussen mijn grijze hersencellen.
Deze grote honden brengen mij naadloos bij wat ik meemaakte vorige week. Ik wandelde rustig langs de Veurnevaart in Nieuwpoort voor een avondwandeling tussen klaarte en donkerte. Uit tegenovergestelde richting kwamen twee dames trekkend aan hun honden die de grootte hadden van een kalf. Ik overdrijf niet als ik zeg dat de hond links, mijn kant, zelfs een kalf van enkele dagen oud was. Ik weet weinig van honden maar als boerendochter weet ik wel iets over kalveren.
De dames waren correct gekleed in fluorescerend geel met de nodige verlichting. Ik zag ze dus van in de verte, met al hun macht trekkend aan hun hond, naderen. En ik had er niet veel vertrouwen in, meer nog ik had eigenlijk medelijden met vooral de linkse mevrouw omdat zij een brok energie die minstens evenveel woog als zij, in bedwang moest houden. De twee moedige madammen bleven babbelen terwijl ze van de ene kant van de weg naar de andere zwalpten, de honden op kop.
Ik ging toch maar aan de kant staan toen ze mij naderden en plots schoot de linkse hond uit naar mij. Als je een dergelijk beest tot op 50 cm van je hoofd ziet naderen, dan schrik je. Ik ook en ik sprong achteruit. De dames hadden niet de kans om te stoppen, de honden sleurden hen verder.
“Dit is geen hond om op straat mee te lopen”, zei ik. Beiden schoten in een lach. “Ik meen het wel, je hebt je hond niet in de hand” vulde ik nog aan terwijl ik mij omdraaide naar hen.
Van in de verte hoorde ik roepen “Bluf zelve in joen kot”. En weg waren ze.
Ik ben tegen te veel opgelegde regels omdat ze mensen beperken in hun verantwoordelijkheidszin. Maar mij lijkt het logisch dat je de macht van je hond afweegt aan je eigen kracht. Zeker op het moment dat je met anderen in contact komt. Honden hebben een baas nodig, dat is de natuurlijk gang. Hier waren de rollen duidelijk omgedraaid en dat is gevaarlijk.
Aan de overkant van de straat loopt de Veurnevaart. In mijn verbeelding zag ik de hond zijn eigenaar meetrekken in het water als hij naar een wilde eend springt. Dat mentale en imaginaire pleziertje was voldoende voor mij om mijn stress achter te laten en ik wandelde rustig verder naar mijn kot. Blij dat de kleinkinderen niet bij mij waren.
Nieuwpoort Veurnevaart