Les canards, honden en reeën

Parmantig kwamen ze het pad naast ons huis dat vanuit het Hayebos naar de straat loopt, opgewandeld. Per toeval of uit nieuwsgierigheid waren ze in de trechter beland die hen recht naar de straat voert. Piet reed net de oprit af, zag ze komen en liet hen beseffen dat ze beter konden terug gaan naar het bos.

In het Hayebos zien we, vooral tegen valavond dat er meerdere reetjes lopen. Ze zijn naar mijn perceptie niet meer zo schuw. Je kan ze, als je heel stil bent, bewonderen terwijl ze eventjes rustig rond kijken. Met z’n zessen had ik ze nog nooit gezien. Maar je weet hoe dat gaat. Ze komen elkaar toevallig tegen, voor hen geen social distancing, stappen verder en nog wat verder. De één moedigt de andere aan van ‘Durf je’? ‘Ik wel hoor!’ En voor ze het beseffen zit heel de groep op plaatsen waar ze eigenlijk niet moeten zijn. Ik ben heel blij dat mijn echtgenoot daar was op het juiste moment. We mogen niet aan de gevolgen denken, stel dat ze op straat waren beland en dan denk ik niet alleen aan de gevolgen voor de automobilisten of fietsers maar ook voor hen. Ik denk dat ze een sprong in het duister waagden en gelukkig niet terecht kwamen in de wereld die niet de hunne is. De reeën in het Hayebos zijn van niemand maar wij, de buren zijn er heel fier op.

Is hun vertrouwen in de mens gegroeid?

Mijn gevoel van veiligheid in de bossen is heel erg gegroeid. Vaak wandel ik alleen door het bos, geen mens te bespeuren en het voelt goed. Ik voel mij veilig. Misschien staan de reeën mij van achter een boom te beloeren. Dat mag. Misschien kwamen ze gewoon bij mij op de koffie? Sedert de pandemie wandelen iets meer mensen door het Hayebos. Het is geen stormloop. Als bosliefhebber kan ik dat enkel toejuichen. Hoe meer mensen genieten van de natuur, hoe meer mensen die schoonheid zien.

En die honden?

Als je met een hond wandelt, en dat doe ik ook af en toe, geraak je vlug aan de praat met andere hondenliefhebbers. Een hond is ideaal voor je gezondheid. Hij of zij moet naar buiten. De ideale manier om tot wandelen te komen, is een hond kopen. “Wie laat wie uit?” vraag ik mij vaak af als ik baasjes achter de leiband van de hond zie lopen in een bijna hopeloze poging om het beest bij te houden.

Andere baasjes hebben de poging om de hond bij te houden opgegeven en laten de hond lopen. Dat gebeurt ook hier in Nieuwpoort waar ik mijn Sinksendagen doorbreng. Gisteren bezocht ik het pas voor het publiek toegankelijk gemaakte natuurgebied. Een baasje wandelde met de hond zonder leiband. Hij had zelfs geen leiband bij. ’s Avonds kan je, nadat alle toeristen vertrokken zijn, genieten van de waterdieren. Dan mogen en kunnen ze vrij ploeteren in het water, samen met hun kroost. Plots bijt de hond in het kleine tuiltje veldbloemen dat ik in mijn hand hou. ‘Ce n’est que pour jouer’, hoor ik de baas zeggen. ‘Je sais, mais s’il joue avec un canard, c’est un meurtre’, antwoord ik geschrokken.

Maak je hond geen vijand van reeën en eenden

Ik lees dat in het natuurgebied Burreken, in en rond Brakel, al meerdere reekalfjes zijn gevonden die werden gebeten door honden. Honden spelen graag en niet alle honden bijten reekalfjes. Maar onze buurman en hij kan het weten want hij is bioloog, vertelde mij dat als een hond snuffelt aan een jong reetje, de kans groot is dat de mama dat reetje verstoot en dat het beest op die manier sterft. Er zijn leibanden in alle maten en kleuren. Doe je hond het plezier, zorg dat hij er met zijn leiband heel trendy uitziet voor de boswandeling. Je doet er alle beesten een plezier mee.

CORONA is voor mij zeker een tijd van terugkeren naar de natuur. Ik geniet er van en met trots wou ik jullie tonen wat een rijkdom aan prachtige beesten wij hebben in onze gemeenschappelijke achtertuinen, in Brakel en in Nieuwpoort. Ik ben er zeker van, in jouw streek heb je de ook. Deze stille tijd kwam goed van pas om de natuur eventjes rust te gunnen. Laat het ons niet opnieuw verpesten en laat ons samen genieten van het mooie dat we gratis krijgen. En denk aan je hond en aan jezelf want de reeën en eenden zouden wel eens kunnen samen spannen en de sterkste zijn. Denk maar aan de mieren in het filmpje van De LIJN.  

De kern van alle dingen

De kern van alle dingen
is stil en eindeloos.
Alleen de dingen zingen.
Ons lied is kort en broos.

En donker zingt mijn bloed,
van heimwee zwaar doorwogen.
Ik zeil langs regenbogen
Gods stilte tegemoet.
Met U zijn er geen verten meer
en alles is nabij.

Des levens aanvang glinstert weer,

geen gisteren en geen morgen meer,
geen tijd meer en geen uren,
geen grenzen en geen muren;
en alle angst voorbij,
verlost van schaduw en van schijn,
wordt pijn en smart tot vreugd verheven!
 

Hoe kan het zoo eenvoudig zijn!
Hoe kan het leven Hemel zijn,
met U, o kern van alle leven!
Ik weet het niet, ik vind geen naam,
ik krijg het met geen woorden saam
wat er nu omgaat in mijn ziele.
Is het soms blijdschap? Is ‘t verdriet?
Of allebei? En ook weer niet …
Ik kan slechts zwijgend knielen.

Felix Timmermans (1886-1947)

Revalidatie na CORONA

Het begon in het begin van de week. De scholen waren net opgestart met een aantal klassen of we kregen al de opdracht om te enquêteren met als belangrijkste vraag of de scholen het ook zagen zitten om meerdere klassen in te richten.

Ik hou van de opdracht om contact te houden met de scholen en hen te motiveren in wat ze doen en te stimuleren om verder te gaan op de ingeslagen weg. Het enthousiasme waarmee basisscholen hun verantwoordelijkheid opnemen, is groot. Het waren fijne gesprekken. Maar de gesprekken van deze week waren anders, vooral voor mij. Bij het stellen van de vragen liep een elektrische schok door mijn ruggengraat want ik voelde dat het gedaan was met de CORONArust. En ja, ik weet dat de economie moet draaien en dat het zo niet langer kan en dat ik bij de gelukkigen ben qua inkomsten en gezondheid. Maar dit gaat nu even over mij, over mijn kleine kortsluiting.

Ik behoor tot het superkleine percentage van vrouwen die 60 worden dit jaar en nog steeds voltijds werken. Mijn leven bestond uit organiseren van gezin en werk en door deze twee in een iets sneller tempo af te werken was er tijd voor andere dingen. Ik koos ervoor, ik deed het graag en ik haalde er voldoening uit. Eigenlijk wist ik ook niet beter. CORONA leerde mij dat er ook een ander leven is. Ook al bleef ik doorwerken vanuit mijn kot, het was een groot verschil.

Een vast dagritme

Sedert 13 maart sta ik elke morgen rond 7 uur op, heb ik een aantal vaste ochtendrituelen en elke dag om 8 uur zit ik samen met meer dan 100 andere mensen te mediteren via zoom. Ik mocht ontdekken dat dit een zalig ritueel is om de dag te starten. Elke dag heb ik toch de verplichting om mij toonbaar te maken want ik kom in beeld. Tegen half 9 begint mijn werkdag in alle rust. Ik kom het bureau niet uit en via teams, zoom of WhatsApp doe ik de vergaderingen en onderhoud ik mijn contacten. Ik ervaar intussen dat praten met mensen van wie je het gezicht niet ziet te mijden is in eenzame tijden en zeker in tijden van overaanbod van online-meeting-programma’s. Dit is een CORONAinzicht want tot twee maanden geleden nam ik vaker gewoon de telefoon.

Dat vast dagritme heb ik niet in mijn werk. Mijn werkplaatsen variëren volgens de opdrachten. Voor elke andere plaats kijk of de trein een optie is, welke weg ik best neem, hoe lang onderweg, waar de files zitten en hoe ze te omzeilen om dan het uur van opstaan en vertrek te berekenen. Dat vertrek kan variëren van 6 tot half 8 als ik al ’s morgens op pad moet. Telkens anders. Ik haat te laat komen en ondanks alle voorzorgen is er nog steeds de mogelijkheid van de onverwachte files en de vertraging van de treinen. Nu op dit moment, ervaar ik al stress bij het neerschrijven van de woorden ‘file’ en ‘vertraging’.

Een eenvoudige agenda

Mijn agenda ziet er helemaal anders uit. Ik heb iets meer vrijheid, vooral de mentale vrijheid om mijn dagen in te richten. Een vergadering bijwonen is vaak hoogstens een programma opstarten en zorgen dat ik voorbereid, uitgerust en verzorgd in beeld kom. De grootste verplaatsing is die van de keuken, voor mijn theetje tijdens de vergadering naar het binnen- of bij goed weer buitenkantoor. En we starten op voor een doorgaans korte en efficiënte vergadering.

Cursussen

Ik heb een grote honger om bij te leren en daarvoor was/is dit een interessante tijd. Er is een overaanbod aan online cursussen waar ik met plezier op inschreef. Soms overdreef ik. Op een bepaald moment had ik vier cursussen in één week. Dat was even van het goede te veel maar op die cursussen leerde ik veel mensen op een intense manier kennen. Ik heb vrienden van Hasselt tot de kust, nooit gezien, gewoon online leren kennen door samen te oefenen tijdens de online cursussen en nadien nog even af te spreken om wat verder te oefenen of bij te praten. Ik zag hen nooit in levende lijve. Het zal uren op de trein of in de auto vragen als ik hen allemaal een levend bezoekje wil brengen.

Slaap

Ik was een slechte slaper. Misschien wel door het onregelmatige leven en nu mag ik met plezier zeggen dat ik een fantastische slaper ben. De regelmaat van leven en de dagelijkse wandelingen of fietstochtjes, waar ik nu tijd voor heb na of voor een werkdag, doen mij goed.

De poes

Als je elke dag thuis bent, hecht je meer waarde aan je huisgenoten. Naast Piet is dat de poes. Ik zie hoeveel uren per dag een poes slaapt, ik hou zijn wandelingen in de gaten, hij komt af en toe binnen om geaaid te worden. Ik krijg telefoon van de buurvrouw om mij te melden hoe vaak hij daar op bezoek komt en dat hij waarschijnlijk weer gevochten heeft, te zien aan de wonde die er gisteren nog niet was. En hij volgt regelmatig cursussen mee. Ongevraagd komt hij voor het scherm zitten of kruipt hij op mijn schoot. Hij geniet mee.

Poes volgt les in CORONAtijd

En nu is het zo ver

Kijk, ik ga dat allemaal missen want de opstart is volop bezig en het voelt als revalideren. Het is even verschieten als je je been breekt, maar terug leren lopen is een proces van vallen en opstaan. Neen, ik heb geen fysieke pijn maar de rust deed mij goed. Ik voel mij nu fitter, rustiger, vrijer, gezonder, wijzer en ik slaap beter. Mag ik al deze basisbehoeften nog voeden na de opstart? Ik vrees nu al dat ik volgend jaar en vele jaren erna zal vertellen over de CORONATIJD als de schoonste tijd die er ooit was. Je weet wel, na een tijd wordt alles nog beter en hoe ouder we worden hoe schoner de tijd van toen. ‘Omalu, zwijg nu eens over de CORONA’ zullen de kinderen en kleinkinderen zeggen, ‘er waren ook veel minder schone kanten aan hoor‘.

Winkelen met de dochter voor de kleindochter in tijden van CORONA

Onze oudste dochter woont intussen meer dan 10 jaar in het buitenland en nu ze mama wordt en gesetteld is in Zwitserland, verkiest zij haar babysuitzet homemade en Belgisch. Het migrantengevoel sloeg toe; alles wat van thuis komt, is beter. Met Pasen wou ze al die pakjes die ze hier online bestelde ophalen maar de CORONA houdt haar in haar eigen bubbel.

De nieuwe aanblik van de winkelstraten
“Gewoon terug brengen naar de winkel” stond op de pakbon van een hele grote doos babyspulletjes. En dat deed ik maandag. De winkelstraten van Geraardsbergen zijn autovrij en verkeerswachters tekenden gele pijlen die de kopers aan hun kant moeten houden. Rechts van de straat stap je heen, links van de straat terug. In hun paarse kostuums, die toch ook enig gezag uitstralen, manen ze de kopers aan om afstand te houden. Die eerste winkeldag was het vooral heel druk aan de telefonie winkels. Als je de uren dat je nu online bent optelt, krijg je zo medelijden met mensen die het zonder GSM of telefoon moesten doen de voorbije weken. Sociaal contact was voor mij de voorbije weken een synoniem van whatsapp, zoom of messenger.
Het kritisch oog van de mama en omalu

Ik bekeek de inhoud van de grote doos kritisch: Eerste rompertjes met lange mouwen en dikke eerste pyjamaatjes? Terug brengen want het is een zomerkindje! En die eerste hemdjes zijn te klein aan de buik van de mama te zien. En dat mutsje zou ik niet kiezen, het past bij geen enkel kostuumpje… Ik ging er met de ruwe borstel vandoor, belde een paar vriendinnen over het maatje dat zij en hun dochters kochten voor de eerste uitzet en droeg alles waaraan ik twijfelde terug. Ik trok met mijn grote doos naar de winkel. Een half uurtje kreeg ik om ¾ van de inhoud te ruilen.

Samen shoppen via WhatsApp

Kan iets je blijer maken als toekomstige oma dan de verantwoordelijkheid om de basisuitzet van je eerste kleindochter samen te stellen? Ik mocht terug shoppen, niet alleen maar samen met mijn dochter. De GSM was goed opgeladen. Elk slabbetje, elk kousje, elk dekentje, elk handdoekje, elke t-shirt werd gekozen door de mama in Zwitserland en gekocht door de oma in België met behulp van de GSM en dank aan WhatsApp.
“Hou je camera eens een beetje verder, ik kan het niet goed zien. Hebben ze dat niet in andere kleuren? Al aan slabbetjes gedacht? En dekentjes?” Samen kozen we wat het kleintje nodig heeft.
Haar eerste boekje

boekje voor Stampertje
Eerste kijkboekje voor “Stampertje”

Daar lag het, haar eerste kijkboekje! Dit wordt een cadeautje van mij. Ik hoop dat onze kleindochter het Nederlands zo goed machtig blijft dat ik haar, net als de andere twee kleinkinderen verhalen en gedichten kan voorlezen. Ik hoop hetzelfde plezier te beleven aan het voorlezen zoals ik dat deed met mijn eigen kinderen en met de jongens van mijn zoon en schoondochter als ze in Brakel met verlof zijn.

Koffie in ons eigen kot

Als moeder en dochter samen winkelen, eindigt dit altijd in een koffietje of een lichte lunch, gewoon om na te babbelen en om elk gekocht stuk nog eens te voelen en te bespreken. Dat deden we ook, elk in ons eigen kot en we turfden op de lijst wat we al kochten en wat er nog nodig is.  Volgend week vertrekt alles richting Zurich. We vonden gelukkig een koerierdienst.
Dat kleintje geniet mee

We hopen dat het kleintje meegeniet van de vele gesprekjes die haar mama en omalu voeren tijdens de online boodschappen. We bellen daarnaast nog verschillende keren op een dag want we werken vanuit ons kot en onze pauzes gaan op aan moeder-dochtergesprekjes. Het zijn misschien rare tijden van CORONA maar we trekken onze plan en genieten van deze andere manier om in verbinding met elkaar te staan. Hopelijk, ik las vandaag dat de Zwitserse grenzen op 15 juni opengaan, kunnen we elkaar vlug in levende lijve zien. Maar we leerden veel in deze CORONAtijd, zeker hoe we de computer en de GSM kunnen inzetten om ons heel dicht bij elkaar te voelen.
En later, als we haar niet meer ‘Stampertje’ noemen maar we haar eigen naam kennen, wil ik er ook zijn voor haar. Niet altijd in levende lijve maar waarschijnlijk vaak online.  Als ze nood is aan lesjes Nederlands of aan een oma die verhaaltjes vertelt voor het slapengaan, wil ik dat gerust op afstand doen. Misschien kan zij mij in de verre toekomst wat Duits leren, als zij naar de school gaat. We zijn nooit te oud om te leren.

Meisjes van bijna 60 in tijden van CORONA

“Ik ga elke dag wandelen.”
“Ik ook, spreken we af?”
“Wanneer kan je aan de molen zijn? “
“Binnen een dik kwartier.”
“Ik kom!”
Net als in een sprookje wonen we elk aan een kant van het bos. De molen is het dichtste punt dat onze routes snijdt. Ik vertrek thuis, loop enthousiast de heuvel in het bos af, steek de straat over, trek door de velden en we zien elkaar. Terwijl ik de heuvel in het bos afloop, geloof me de ondergrond is niet stevig en het risico op vallen is groot, voel ik mij tien jaar. Ik haast mij om op tijd te zijn want een kwartiertje is wel heel nipt gerekend.

Mijn vriendinnetje ken ik al 57 jaar, van toen we in de eerste kleuterklas zaten. De hechte vriendschap ontstond rond ons tiende en toen al zei de zuster op school dat wij met een rekkertje aan elkaar hingen. Dat rekkertje is gebleven. Ook al hebben onze schoolkeuzes ons uit elkaar getrokken, wij vonden elkaar terug. We maakten de geboortes van elkaars kinderen mee en dan die van de kleinkinderen. We wisselden ervaringen uit over relaties en werksituaties, de zorg voor de ouders en de waarden en normen waarmee we in het leven staan. Dat rekkertje blijft er en is soms een magisch kanaal. Soms zien of horen we elkaar maanden, misschien een heel jaar niet. En dan, plots op een moment dat het iets minder goed gaat, is daar dat telefoontje of dat berichtje, juist gepast op het juiste moment. Het voelt speciaal, het is speciaal.

Dat bijna bovennatuurlijk, magische gevoel van synchroniciteit krijg ik terug in het bos waar de tijd lijkt stil te staan. In tegenstelling tot onze wegen en onze huizen, ziet dit bos er precies hetzelfde uit als honderd jaar geleden. En ik sta mezelf toe om over tijd en ruimte heen te mijmeren. Misschien waren wij heel lang geleden, in een vorig leven, ook vriendinnetjes die elkaar opzochten aan de andere kant van het bos. Het voelt alsof ik deze weg al heel veel keren nam om bij iemand te gaan die ik heel graag heb.

We wandelen en vertellen op social distance. Haar hond nodigt veel mensen uit tot een klapke tussendoor. Zij moest nog boodschappen doen maar ik stap mee tot aan haar huis, ik doe een omweg om wat langer te kunnen praten. Net zoals ik dat deed 50 jaar geleden. Ik maakte een ommetoer om naar huis te rijden, omdat we nog zoveel te vertellen hadden, al waren we al een hele dag samen. We hadden ons vast praatplaatsje, voor de deur van haar oma. Tot haar mama naar de school belde om te zeggen dat ze om vijf uur nog niet thuis was. We kregen onder onze voeten, haalden onze schouders op en zochten andere oplossingen om elkaar meer te zien. We geraakten niet uitgepraat en dat zijn we nog altijd niet.

Als ik langs een andere weg door het bos naar huis stap, voelt het terug alsof de tijd bleef stil staan, in het bos en in mijn hoofd. Thuis kijk ik even in de spiegel om terug in de realiteit te kunnen stappen. Die spiegel verklapt mij mijn leeftijd. Ik ben geen tien meer maar bijna 60. Wandelen door de bossen doet wat met een mens.

4 jaar, in de tweede kleuterklas
Onderste rij: Ik tweede van links, Suus helemaal rechts.

 

Liefde in tijden van cholera en na corona

Heel wat auteurs hebben de laatste tijd leentjebuur gespeeld door de titel het van het supermooie boek van Márquez  ‘Liefde in tijden van cholera’ om te buigen naar ‘Liefde in tijden van corona’. Ik deed dit ook, er staat een rubriek met die naam op deze blog. Maar ik gaf er, zo besef ik nu, weinig uitleg bij.

Ik ben een grote fan van Gabriel García Márquez, de overleden nobelprijswinnaar. Ik lees en herlees zijn boeken nog altijd graag.

30 jaar later en ik ken het boek nog

Wanneer ik het las? In 1990. Waar? In het ziekenhuis. Hoe ik mij voelde? Leeg. Op dat moment was ik blij met een boek dat mij vastgreep en door de dagen sleurde. Ik ben het boek niet alleen daarom maar om de passie die in al zijn vormen van de pagina’s spat, nooit vergeten.

Ik hou het kort, dit is het verhaal

Het boek gaat over Florentine Ariza die eenenvijftig jaar, negen maanden en vier dagen wacht om bij de vrouw te zijn van wie hij houdt. Die teller start als zij, Fermina Ariza, hem na een platonische liefdesrelatie afwijst. De relatie is haar vader aan de oren gekomen en zij wordt weggestuurd. Ze blijven elkaar schrijven want liefdesbrieven schrijven, was zijn supertalent. Tot ze terug komt en merkt dat de brieven haar passioneel beroerden maar de man zelf iets minder. Ze wijst hem af en trouwt met een ernstige dokter met status en rijkdom. Ze hebben een rustig huwelijk. De liefde van Florentino Ariza blijft duren en hij zal heel zijn leven op haar wachten. De man zat niet stil, had zelfs enige moeite om zijn broek aan te houden en had in tussentijd 622 !!!verhoudingen.
Als de echtgenoot van Fermina sterft, ziet Florentino zijn kans om haar terug te winnen, en op de sterfdag van de echtgenoot gaat hij al om haar hand vragen. Fermina weigert, maar ze beginnen terug brieven te schrijven, ontmoeten elkaar en seksen. Nu zijn haar kinderen tegen. Tijdens een romantische bootreis vraagt Florentino aan de kapitein om de gele vlag te hijsen. Die vlag betekent dat er mensen met cholera aan boord zijn. Zij blijven op de boot, niemand komt hen nog storen en de boot is in geen enkele haven welkom. De cholera is hun persoonlijke uitvlucht om eindelijk te genieten van elkaar.

Vluchten om een droom te bereiken

Voor mij is dit een verhaal van niet opgeven, van hoop en van vluchten voor de dagelijkse sleur en onbegrip. In hun geval was dat de vader en later de kinderen. De choleravlag was de oplossing om aan dat alles te ontsnappen en rust te vinden.

De rust in mijn kot tijdens CORONA voelt soms ook als een vlucht. Ik wist niet dat ik moest vluchten maar nu besef ik dat de tijd daartoe rijp was. Ik ben nu weg van de drukte op de weg en de files, de overvolle treinen, de vele vergaderingen, de moet – moet en moet-nog-meer moeten-mentaliteit. Nu moet er plots veel niet meer; enkel noodzakelijke verplaatsingen, noodzakelijke en korte online vergaderingen, enkel de essentiële lessen voor onze leerlingen, enkel noodzakelijke ingrepen in de ziekenhuizen…  Het lijkt plots alsof veel waar vroeger altijd hoogdringendheid achter zat, niet meer hoeft. Briefings zijn korter, opdrachten zijn duidelijk en to-the-point, essentiële beroepen krijgen waardering,  winkelen doe ik op afspraak en ik koop vooral wat ik echt nodig heb.

Ik ben eerlijk, de opstart lijkt mij moeilijker dan de lockdown. Ik neem me voor om na CORONA met minder stress te leven, om elke morgen te blijven mediteren, om elke avond te wandelen, om enkel noodzakelijke vergaderingen te plannen of eraan te  participeren, om meer in mijn kot te blijven en uitstapjes en reizen te blijven beperken.

Gaat dat lukken?corona

Nu hoop ik dat we het goede dat we leerden tijdens CORONA kunnen houden. Een coronavlag heb ik niet op mijn boot om stress en moetjes buiten te houden. Laat ons creatief zijn om onze rust te blijven bewaren. Hopelijk denken veel mensen er net zo over en zijn een aantal inzichten blijvend. Dan is dit een zeer goede wake-up-call en is het geduld dat wij getoond hebben zinvol geweest.