Deze zomer was ik samen met mijn oudste dochter die in Zurich woont, in het Goetheanum in Dornach, bij Basel. Dornach is de locatie waar de Antroposofische Gemeenschap kennis vergaart en deelt. Deze werd gesticht door Rudolf Steiner. Onze jongste dochter was gelukkig in de Steinerschool in Gent en dit (onder andere) was de aanleiding om het gebouw te bezoeken.
Het gebouw heeft naast een prachtig theater- en concertzaal en bibliotheken een studiecentrum over alle disciplines waar Rudolf Steiner deel in had. Het impressionante gebouw werd ontworpen door Steiner zelf maar de afwerking van het tweede en huidige gebouw heeft hij niet meer mogen meemaken. Het eerste werd afgebrand door tegenstanders, een paar jaar voor Steiners dood.
Tijdens onze eerste verkenning gebruikten mijn gasten het woord “raar”. Ik zei hen dat ik vanuit mijn praktijk en als mama leerde dat alles een betekenis heeft bij de “steinertjes”. Mijn reisgezellen waren net als ik enorm geïnteresseerd in het gebouw, de kunstwerken en de holistische betekenis van zowat alles. We werden er stil van tijdens de enthousiaste rondleiding.

Mijn reisgezellen hadden alles wat er verteld werd kunnen benoemen als “quatsch”. Maar dat deden ze niet, ze luisterden, stelden vragen en nadien hadden we nog verdere gesprekken over het steineronderwijs, een kleine zijstapje dat Steiner pas aan het einde van zijn leven maakte door de oprichting van de Waldorfschool.
Ik vertoefde nog lang alleen in het gebouw en las het een en ander in de museumshop. De zon was plots gaan schijnen en op het imposante terras kreeg ik het idee om dit bezoek zeker aan te raden aan mijn collega. Hij moet dit zien!
En ik besefte plots, dat kan niet meer, hij overleed in juli.
Mijn collega wou zich vanaf volgend schooljaar verdiepen in de pedagogie van de steinerscholen. Hij zou hier in Dornach graag geweest zijn, met een open geest, respectvol luisterend in stilte en elk oordeel uitstellend. Zo was hij, eerst luisteren en zich inleven en op het juiste moment een eigen gefundeerde mening geven, zonder anderen te kwetsen. En hij deed dat voor iedereen die iets te vertellen heeft. Dat is zowat iedereen, toch?
Daaraan moest ik denken op die fantastisch mooie plek in de bergen onder de stralende zon. Ik stond op een plek vol verrassingen waar alles gebeurt om een reden en waar jaarlijks duizenden mensen samen komen om te leren van elkaar, te studeren en na te denken over kunst, architectuur, geneeskunde, landbouw, filosofie, geesteswetenschappen en ook onderwijs. Daar komen mensen die levenslang willen bijleren.
De snelle en veranderende wereld heeft mensen nodig die oude en nieuwe paden verkennen en respectvol luisteren zonder onmiddellijk te oordelen.
En dit wordt dan mijn werkpuntje voor het volgende werkjaar.
